Het regent, het waait, het is guur. Alles is nat, uitgerekend op mijn trainingsavond. Toeval bestaat niet.
Jos en ik sukkelen richting oefenhoek. Korte broek, want liever natte benen dan een vieze natte trainingsbroek. Het regent nog steeds. Het veld is zacht en drassig. Uitgerekend vanavond mogen wij op de oefenhoek trainen. Daar branden maar een paar lichten, de rest doet ‘t niet. Hebben wij weer. Toeval bestaat niet.
En dan, plotsklaps, verandert alles. Ik voel geen regen of wind meer. Ik geniet. Ik realiseer me dat volgende week de LED-verlichting komt! Ik realiseer me dat het de laatste keer is dat ik onder die oude verlichting zal trainen. Letterlijk honderden keren heb ik daar getraind, in brandende zon, in kletterende regen, in een dikke laag sneeuw onder die oude lampen. Nog één keer train ik met die oude verlichting, waarvan meer dan de helft het niet meer doet. Toeval bestaat niet.
We maken een teamfoto. Regen of niet, ook vandaag zijn er 14 Krasse Knarren. Een heerlijk partijtje voetbal volgt, met 7 tegen 7. Twee goaltjes, een paar hoedjes als afbakening, en voetballen maar! Lekker fanatiek. Geen omheining zoals op het kunstgras, dus de bal vliegt veld 2 op, of het struikgewas in. Ton gaat de bal halen, iemand raakt met zijn voet verstrikt in het net van de ballenvanger. We genieten van het slechte licht, nog één keer!
Wat een heerlijke training, wat blijft voetbal toch een heerlijke sport. Of je nu 6 of 60 bent. Zo werd een regenachtige avond toch weer onvergetelijk. Toeval bestaat niet.