De Coninckstraat Buurt

Details maken het verschil. Dat is ook het geval met onze nieuwe Cobu Boys wedstrijdkleding. Een detail dat je misschien al opgevallen is: op de rug, net onder de kraag van het wedstrijdshirt, staat “Coninckstraat Buurt”. Misschien vind ik dat wel het allermooiste van het hele nieuwe tenue!

Allereerst is het natuurlijk geweldig leuk om je in te denken hoe onze tegenstanders hijgend achter ons aan lopen en dan nog steeds Coninckstraat zien. Toch is de belangrijkste reden achter dit detail dat iedereen nu hoort te weten waar de naam Cobu Boys ontstaan is: in de Coninckstraat Buurt.

Nu zullen er mensen zijn die denken dat de Coninckstraat buurt net zoiets is als de Vlinderbuurt, of de Muziekbuurt, of de Architectenbuurt. Zal wel ergens in Zielhorst of in Schothorst zijn, denk je dan. Mis, helemaal mis!  

Dat detail in ons shirt herbergt een historische context van jewelste! Ik durf wel te stellen dat geen enkele andere Amersfoortse voetbalvereniging zo verbonden is met de historie, met het oude historische centrum, van onze stad! In dit artikel zal ik die band uitleggen, aan de hand van informatie uit het boekje van Ludo Jongen uit 2009.

Om de historische context van de Coninckstraat Buurt, en dus van de naam Cobu Boys, echt op waarde te schatten moeten we ver, heel ver, terug in de tijd. Onze vereniging bestaat nu 75 jaar, maar wij gaan nu 10 keer verder terug in de tijd: 750 jaar!

De stad Amersfoort kreeg op 12 juni 1259 stadsrechten van de bisschop van Utrecht. Misschien weet je nog dat de stad Amersfoort het 750-jarig bestaan vierde in 2009. Het jaar 1259, dat is natuurlijk waanzinnig lang geleden, maar probeer je voor te stellen hoe de stad er toen uitzag. In die tijd stelde Amersfoort, net als de meeste andere steden, niet zoveel voor. Denk maar aan een stenen kerk met wat houten huisjes. In Amersfoort was de Hof met de toren van de huidige Sint-Joriskerk het centrum van die allereerste stad. Dankzij de verkregen stadsrechten mochten de inwoners van Amersfoort een muur om hun stad bouwen. Vandaag de dag, in 2021, zie je dat nog terug. De Muurhuizen zijn gebouwd op die eerste ommuring. Binnen die eerste stadsmuur, een gebied dat vandaag de dag omsloten wordt door Muurhuizen, Breestraat en Krankeledenstraat, kwamen steeds meer gebouwen. Die waren allemaal van hout, want alleen kerken werden van steen gebouwd.

Die kleine stad Amersfoort groeide, ook toen al. Tegen 1400 begon Amersfoort uit zijn voegen te barsten. Er werd besloten een tweede muur aan te leggen. Die lag binnen de Flierbeeksingel, Scheltussingel, Schimmelpenninckkade, Smallepad en Stadsring. Van die tweede omwalling staan nog steeds grote stukken overeind langs Plantsoen Noord.

Er is een hele oude kaart van de stad, gemaakt door Jacob van Deventer zo rond het jaar 1560. Op die kaart is de tweede ommuring aangegeven, met de Koppelpoort, de Bloemendalse Buitenpoort, de Coninckspoort (!!!), en de Kamperbuitenpoort. Dat waren toen, en dat zijn ook nu, de plaatsen waar je de singels kunt oversteken. Die Coninckspoort was de plaats waar je, via de Coninckstraat, de stad Amersfoort binnen kwam, of weer verliet. Op die kaart zie je al heel duidelijk het centrum met de singels.  

Laten we eerst de Coninckstraat nader bekijken. Die straat loopt van de Kamp naar de Scheltussingel, en ligt net buiten het oude centrum van de stad. Van de Langestraat, door de Kamperbinnenpoort, en dan is het op de Kamp de eerste straat aan de linkerkant. De Coninckspoort zelf bestaat niet meer, verwaarloosd en verdwenen in het tweede kwart van de negentiende eeuw.

De Coninckstraat lijkt vandaag de dag misschien een gewone straat, maar schijn bedriegt. Die straat bestaat al heel lang, al honderden jaren! De naam van deze straat wordt al voor het eerst vermeld in 1495, maar vindt zijn oorsprong al een eeuw eerder. Ene Deric de Coninc ontving namelijk in 1394 het buiten de stad gelegen stuk grond Teut in leen van de Utrechtse bisschop. Dit gebied ten noordoosten van de toenmalige stad werd met de bouw van de tweede stadsmuur aan de stad toegevoegd. De centrale straat in dit verder nog onbebouwde gebied werd de Coninckstraat: de straat die leidde naar de bezittingen van Deric de Coninc.

Toch is er ook nog een andere mogelijke verklaring. Dat is namelijk dat de naam Conickstraat opgevat kan worden als “de belangrijkste straat, de hoofdstraat”. In dat geval is de straatnaam waarschijnlijk al ouder dan het leencontract en dankt Deric zijn naam aan de straat waar zijn bezittingen lagen: Deric van de Conickstraat dus.

De Teut en de Conickstraat worden al rond het jaar 1400 genoemd, gelegen tussen de binnenste en de buitenste ommuring van de stad Amersfoort. Wat gebeurde er in de buurt van de Conickstraat, wie woonde daar?

Het werd een buurt met een mooi en zorgzaam karakter. Vergeet niet dat in de Middeleeuwen besmettelijke ziektes heersten. Tja, net als nu. In zekere zin was er toen ook sprake van quarantaine en lock-down. De ernstig zieken en besmettelijke mensen mochten de stad niet in, zij werden buiten de muur van de oude stad Amersfoort gehouden. Zij werden in het gebied tussen de binnenste en buitenste ommuring verpleegd. Inderdaad, ook in de buurt van de Coninckstraat.

De zorg voor de zieken en andere behoeftigen werd in Amersfoort redelijk systematisch aangepakt: er kwamen huizen waar deze mensen onderdak en verzorging konden vinden. In Amersfoort gebeurde dat in de veertiende eeuw ook, via het Wandelhuis van de Heilige-Geestbroeders. Deze broeders gingen met een pot voedsel langs bij arme mensen thuis. Daarom worden ze wel Pothbroeders genoemd. Begin zestiende eeuw deelden ze afgemeten porties (of proven) uit in het nog steeds bestaande Provenhuis achter de Coninckstraat.

Ook worden rond 1400 in Amersfoort verschillende huizen voor religieuze broeders en zusters gesticht. Mensen die met woorden en daden een nieuwe impuls geven aan het religieuze leven. Ze beloofden zich te onthouden van wereldse genoegens, sobere kleding te dragen, goede werken te verrichten zoals voor anderen te zorgen…

Zo kwamen in die eeuw ook Amsterdamse celzusteren naar Amersfoort. Deze zusters hielden zich bezig met het verplegen van pestlijders. Lijders aan de pest mochten de stad niet in. Zij werden buiten de poorten verpleegd en verzorgd in wat tegenwoordig het hofje van “De Armen de Poth” is. Er stond ook een pesthuis waar de celzusteren de zieken verpleegden. In 1892 werd dit Pesthuis afgebroken om plaats te maken voor proveniershuisjes.

Aan de Coninckstraat is tussen de nummers 65 en 69 het poortje van Stichting De Armen de Poth. Daar zijn de proveniershuisjes, de bakkerij, de celzusterenkamer en de regentenkamer, en de Sint-Rochuskapel waar een maquette staat van het gehele hofje.

Maar wacht eens, dat poortje ken ik! Dat is toch…., even zoeken. Ja! Dat poortje staat op de voorkant van ons allereerste jubileumboekje, dat verscheen bij het 40-jarig bestaan in 1986. Dat is geen toeval, dat tekent de oorsprong van Cobu Boys.

Terug naar het heden. Het zal je niet verbazen dat je deze geschiedenis van Amersfoort terug kunt vinden in de straatnamen in deze buurt: de Celzusterenstraat, de Teut, de Sint Annastraat, de Pothstraat, en natuurlijk de Conickstraat. In 1946, nu 75 jaar geleden, woonden daar de Cobu Boys leden. In de Coninckstraat Buurt…

Zo komen we van het nieuwe Cobu Boys shirt via de geschiedenis van de stad weer uit bij de geschiedenis van Cobu Boys. Dat allemaal dankzij een detail in ons shirt. Details maken het verschil…

De bron voor al deze informatie is het leuke en zeer informatieve boek van Ludo Jongen, met de titel “Amersfoort Pelgrimsstad”, uit 2009. De moeite van het lezen waard! Het stukje over Derec de Coninc heeft een aantal jaar geleden in Amersfoort Nu gestaan. Ik heb geprobeerd om alle informatie zo goed mogelijk te ordenen rond de geschiedenis van de Coninckstraat. Mochten er foutjes zijn ontstaan, laat het me weten!

16-05-2021, Aaldert Hofman

Attachment